Hoe heb ik het gebruik van de Epi-no ervaren

Een verhaal van Gerrie, een vrouw uit mijn praktijk die op mijn advies de Epi-no geboortetrainer heeft gebruikt:

“In de 13de week van mijn zwangerschap kreeg ik bekkenklachten. Hiervoor ging ik op aanraden van de verloskundige naar de Cesartherapeut. Na een aantal weken bij de oefentherapeut Cesar te zijn geweest ging het aanzienlijk beter. Via haar kreeg ik voorlichting om de Epi-no geboortetrainer te gaan gebruiken ter voorbereiding op de bevalling. Ik was gelijk enthousiast, want wie wil zich nou niet voorbereiden op zoiets ingrijpends als een bevalling. Wel had ik nog een aantal vragen zoals , wat is het effect op de baby, wek ik hiermee de bevalling op etc. Ik heb me thuis verdiept in de werking van de  Epi-no en natuurlijk het effect wat het moet opleveren, namelijk een verminderde kans op inscheuren/inknippen. Dit sprak mij erg aan, maar vooral het gevoel van zelfvertrouwen wat het mij zou kunnen geven gaf voor mij de doorslag. Na overleg met de verloskundige en mijn partner heb ik besloten om de Epi-no te gaan gebruiken.

In week 37 ben ik begonnen met het gebruik van de Epi-no. De eerste paar keren voelde het een beetje vreemd om het ballonnetje in te brengen en vooral het opblazen ervan. Toch voelde ik me trots dat ik na een paar keer oefenen mijn bekkenbodemspier al had opgerekt tot 4,5cm. Ik wilde proberen de bekkenbodemspier op te rekken tot de maximale 10 cm zodat ik een beetje wist wat het gevoel zou moeten zijn als het hoofdje van mijn kindje er straks door moest. Het gebruik van de Epi-no deed geen pijn. Je moet natuurlijk wel goed je eigen grenzen in de gaten houden, want je voelt wel wat spanning op de bekkenbodem als je het ballonnetje opblaast.

Na twee weken elke dag 10 minuten te hebben getraind en 10 minuten te hebben gerekt kon ik het ballonnetje al opblazen tot 7,5 cm en deze er weer uit ‘persen’. Het gaf mij een gevoel van zelfvertrouwen dat ik me aan het voorbereiden was op de bevalling en dat ik merkte dat mijn lichaam een bevalling aan kon.

In de 38ste week kreeg ik na het oefenen een beetje bloedverlies.De verloskundige gaf aan dat dit kwam doordat alles nu zo goed doorbloed was en dat dan wel eens een haarvaatje kon knappen. Ik kon gewoon doorgaan met oefenen. Voor mij voelde het toen niet zo heel goed meer dus ben ik gestopt met het oefenen met de Epi-no.

Op precies de uitgerekende datum begon de bevalling en heb ik binnen 5 uur op de baarkruk een prachtige dochter op de wereld gezet. Tijdens de bevalling was ik volledig ontspannen, want ik wist dat ik me goed had voorbereid. Het voelde niet hetzelfde als het opgeblazen ballonnetje eruit persen, wat ik misschien wel had verwacht.  Toch is de bevalling zonder knip of scheur verlopen waar ik erg blij mee was.  Mijn herstel verliep daardoor erg vlot.

Ik ben blij dat ik met de Epi-no geoefend heb, want het gaf mij dusdanig veel zelfvertrouwen dat ik de bevalling  als positief heb kunnen ervaren. De volgende keer zou ik zeker weer gaan oefenen, want of het nu komt door de Epi-no of niet ik ben niet ingescheurd of ingeknipt.

Wat wel en niet bij incontinentieklachten

Vrouwen die last hebben van (licht) urineverlies gaan vaak zelf op zoek naar oplossingen. Dit zijn niet altijd de meest verstandige, maar als leek weet je vaak niet beter. Daarom in dit stukje wat je beter wel en wat je beter niet kan doen.

 

Wat niet:

  • druppeltjes plassen : vroeger heeft men bedacht dat je de bekkenbodem goed kan trainen door tijdens het plassen steeds even te stoppen. Je traint zo inderdaad de bekkenbodem, maar verhoogt ook de kans op een blaasontsteking, omdat je op deze manier niet goed uitplast. Niet doen dus!
  • de hele dag de bekkenbodem aanspannen: van veel spanning maken wordt een spier niet sterker, maar eerder te gespannen en overbelast. Hierdoor neemt de controle over die spier juist af.
  • vaak naar de wc gaan: door al te gaan plassen voordat je de prikkel krijgt dat de blaas vol is maak je de blaas lui. Zo wordt de controle steeds minder en zal er juist vaker urineverlies zijn.
  • de hele dag inlegkruisjes dragen: door het dragen van inlegkruisjes ontstaat er een ‘broeierig klimaat’ in het ondergoed. Hierdoor neemt de kans op infecties toe.

Wat wel:

  • uitstellen van het plassen: als je gaat zitten omdat je moet plassen kan je proberen de plas even uit te stellen, daarna ontspan je helemaal en plas je goed uit. Zo voel je goed waar de bekkenbodemspieren zitten en hoe je goed moet aan- en ontspannen.
  • alleen plassen wanneer het echt nodig is. Ben je thuis stel het plassen dan na de eerste prikkel nog even uit. Zo train je de bekkenbodem en blaas in het uitstellen en als het mislukt kan je makkelijk even verschonen.
  • verschoon het ondergoed vaak en draag katoenen broekjes. Zo houdt je de kans op infecties het kleinst.
  • bekkenbodemtraining bestaat uit het op de juiste manier aanspannen, maar ook ontspannen van de bekkenbodem. Hierbij doen de buik- en bilspieren niet heel actief mee. Ook duurtraining  is belangrijk, dus een aantal tellen aanspannen en dan heel bewust weer ontspannen.

Ga voor advies naar de bekkenoefentherapeut. Daar train je de bekkenbodem op een goede manier. Ook leer je over de invloed van de houding en de spieren in de rest van het lichaam op de bekkenbodem en train je het lichaam weer in balans.

Rug- en bekkenklachten na een keizersnede

In mijn praktijk kwam een jonge moeder met rug- en bekkenklachten. Haar zoontje was nu 3 maanden oud, maar ze voelde zich nog lang niet fit. Of ik eens wilde kijken of er wat aan te doen was.

Uit het intakegesprek kwam naar voren dat ze de laatste maanden van de zwangerschap veel op bed gelegen had wegens zwangerschapssuiker en na een bevalling van 16 uur kwam de kleine uiteindelijk via een keizersnede op de wereld. De gynaecoloog verklaarde haar gezond toen de wond genezen was en de bloedwaardes weer goed, maar haar lichaam vertelde haar wat anders.

De balans in haar lijf was totaal verstoord. De belastbaarheid was sterk gedaald door de bedrust, de bevalling en de buikoperatie. Maar haar belasting was enorm gestegen met het tillen van de baby en het weer hervatten van haar werk in de schoonmaakbranche.

Tijdens het onderzoek bleek dan ook wel dat de kracht van de schuine en dwarse buikspieren zeer verminderd was waardoor de rugspieren alle belasting op zich namen. De bekkenbodemspieren waren verzwakt en door het vele tillen van de kleine alleen maar nog zwakker aan het worden.

Na een aantal behandelingen waarin we onder andere de spieren rondom het bekken in kracht en coördinatie trainden, de bekkenbodemspieren versterkten en het gebruik van die spieren bij dagelijkse handelingen intrainden ging het stukken beter met haar. Doel van de behandeling is het herstellen van de balans in belasting en belastbaarheid. Als dat lukt kun je het allebei weer opbouwen naar meer.

Dus na een operatie, of het nu een keizersnede is of een andere ingrijpende vorm, altijd goed trainen. Voor begeleiding kan je terecht bij een oefentherapeut bij jou in de buurt.

Urineverlies is niet gewoon

Volgens de cijfers die bekend zijn bij de huisartsen heeft 5-7% van de vrouwen dagelijks urineverlies, en zelfs 14% van de vrouwen boven de 65 jaar. Dit lijkt al best veel, maar de werkelijke cijfers liggen vast veel hoger. Tegenwoordig vinden veel vrouwen het normaal dat je wel eens een druppel verliest, of dat je moet sporten met maandverband in. Als je kinderen hebt gekregen hoort dat er gewoon bij wordt vaak gedacht. Voor dit soort klachten gaat men niet zo snel naar de huisarts, want het is best moeilijk om over te praten. In deze tijd zijn er nog weinig taboes wat gespreksonderwerpen met vriendinnen onder elkaar betreft, maar urineverlies, nee, daar heb je het niet over.

Terwijl er zeker wat aan te doen is. Met de juiste training, begeleiding en discipline hoef je geen inlegkruisje of maandverband meer te gebruiken bij het hardlopen. Dan kan je lekker op de trampoline met je kinderen, of een flinke lachbui krijgen met je vriendinnen.

Zoals ik al in een eerder stuk heb beschreven is bekkenbodemtraining voor en na de zwangerschap erg belangrijk. En zoals je de buikspieren moet blijven trainen om een beetje in vorm te blijven, en je conditietraining moet blijven doen om het op peil te houden, is bekkenbodemtraining ook iets wat je moet blijven doen om de kracht op peil te houden.

Alleen de vraag is hoe doe je dat nou. Veel vrouwen zijn gefocust op het aanspannen en vergeten dat het loslaten van een spier ook bij training  en beheersing hoort. Als de bekkenbodem te gespannen is kan je dezelfde problemen krijgen als bij een te slappe bekkenbodem. Meestal wordt er dan alleen maar meer aangespannen en zo blijf je in een cirkel van verkeerd gebruik.

In mijn praktijk geef ik gerichte training in het aan- en ontspannen van de bekkenbodem. Dit in combinatie met de ademhaling en het verbeteren van de houding, want dit alles heeft invloed op elkaar. De laatste tijd raad ik hierbij ook de epino aan, omdat je met dit hulpmiddel zeer duidelijk kan zien wat je doet en je training meetbaar wordt.

Urineverlies is niet gewoon, je moet er alleen wel wat voor doen.

Het belang van bekkenbodemtraining

De bekkenbodem is een spiergroep in het lichaam waar weinig over wordt gepraat. Iedereen vindt het normaal om na een bevalling flink de buikspieren weer te trainen en om wekelijks in de sportschool aan de conditie van het lichaam te werken. Maar de spiergroep die het pas echt zwaar te verduren heeft gehad tijdens de zwangerschap en natuurlijk vooral tijdens de bevalling wordt wellicht enkele weken getraind en daarna snel maar weer vergeten. Totdat je tijdens datzelfde sporten enkele druppeltjes gaat verliezen. Het lijkt door de reclame van incontinentiemateriaal alsof druppelverlies een normaal iets is, maar er is heel goed wat aan te doen. Het liefst trainen tijdens de zwangerschap (het komt altijd aan bod in mijn zwangerschapscursussen), meteen na de bevalling pak je die training weer op. En heb je dat allemaal niet gedaan dan is het zeker niet te laat. Al ben je 80, een bekkenbodem is te trainen.

Iedereen die is bevallen weet wat een geweld er op de bekkenbodem komt. En iedereen die nog moet bevallen vindt dat nu net iets om vooral niet over na te denken. Feit is dat tijdens de bevalling micro-scheurtjes ontstaan in de bekkenbodemspieren. Dit is een natuurlijk proces, het hoort erbij. De bekkenbodem zal na een bevalling nooit meer zo veerkrachtig worden als ervoor, maar goed, er zijn ook weinig vrouwen die de buik weer net zo strak krijgen als ervoor. Maar die buik wordt getraind en daardoor trekt alles strakker en wordt je beloond met meer steun naar de rug. En zo is het dus ook met de bekkenbodem.

Trainen en blijven trainen, net als de rest van je lichaam. En weet je niet hoe, dan ben je altijd welkom bij de bekken(oefen)therapeut.