Berichten

oefentherapie en depressie

Mensen met een depressie of een burn-out hebben vaak ook lichamelijke klachten. Lichaam en geest is een eenheid en deze beïnvloeden elkaar wederzijds. Als je je geestelijk niet goed voelt zeg je vaak: ik zit niet lekker in mijn vel. Je kan teveel op de schouders hebben, het hoofd laten hangen of geen stap meer kunnen verzetten. Andersom werkt het ook. Door het lichaam aan het werk te zetten recht je de rug, zet je de schouders eronder en gaat het koppie op.

Regelmatig behandel ik mensen met dit soort klachten. Ze komen voor lage rugpijn, hoofdpijn of hyperventilatie, maar de achterliggende oorzaak is bijvoorbeeld een depressie. Door met het lichaam aan de gang te gaan in de vorm van krachttraining voor buik- en rugspieren, conditietraining of ontspanningsoefeningen voelt men zich weer anders. Moe worden van inspanning is heel wat anders dan moe worden van het moe zijn.

Met de oefeningen komt er ook weer een gevoel van controle terug. Je hebt zelf invloed op hoe je je voelt en dat voelt goed. Als je eenmaal de drempel genomen hebt van het in beweging komen wordt het steeds makkelijker. Even een wandeling of een stukje fietsen geeft energie en als het regent ren je een paar keer de trap op en neer.

Door het verbeteren en intrainen van een goede houding krijg je ook een ander gevoel. Als je de rug recht en het hoofd rechtop houdt sta je toch steviger in je schoenen. Door gedragsverandering krijg je een andere houding, lichamelijk maar uiteindelijk ook geestelijk.

Dus ook met een depressie of een burn-out aan de slag bij de oefentherapeut!

van verlegen naar zelfvertrouwen

Een meisje van 16 jaar oud kwam samen met haar moeder bij me in verband met lage rugklachten. Haar moeder vertelde wat eraan de hand was en het meisje zat er wat in elkaar gedoken naast, mij niet aankijkend, de blik naar de grond gericht.

Tijdens het onderzoek zag ik wat wij noemen een inactieve houding. Knieën overstrekt, holle onderrug, teveel gebogen bovenrug en het hoofd naar voren. Ze verborg haar gezicht achter lang, sluik haar.

We begonnen eerst met spierversterkende oefeningen, maar al gauw namen we plaats voor de spiegel en liet ik haar het verschil zien tussen háár houding en een goede houding. Ik vroeg haar wat ze zag en hoe de andere houding voelde en ze was verbaasd hoe mooi dat eruit zag.

We namen de zithouding door, het staan, schrijven, bukken en in de loop van de behandelingen kwam er een verandering in haar. Ze begon meer te praten, keek me aan, droeg haar haar in een staart en langzaam aan rechtte haar rug en trokken de schouders wat naar achter. De rugklachten waren inmiddels verdwenen en ze was sterker geworden. Tijdens de laatste behandeling gaf ze aan dat ze nu bij het uitgaan niet meer in een hoekje stond, maar op mensen af durfde te stappen en zelfs een plekje op de dansvloer had opgezocht.

Duidelijker kan het niet zijn: lichaam en geest is een eenheid. En zo is de behandelwijze oefentherapie ook.